Wat doe je als zorgverlener wanneer gedrag van een cliënt of bewoner vastloopt in agressie, zorgmijding of voortdurend roepgedrag? Als het gevoel van onmacht groeit en er geen uitweg meer lijkt, is de kans groter op onvrijwillige zorg. Fixeren, sederen, isoleren of zelfs overplaatsen: ingrijpende maatregelen die we liever zouden verminderen of voorkomen.
Gerben Bergsma werkt al ruim dertig jaar in de zorg als consulent bij Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE). Vanuit zijn ervaring helpt hij zorgteams om deze uitzichtloze situaties te doorbreken. “Er zijn altijd mogelijkheden”, vertelt Gerben. “En juist het samen vinden van die ruimte, hoe klein het ook is, dat is het mooiste aan mijn werk.”
In dit blog vertelt Gerben over de methode die hij ontwikkelde om onvrijwillige zorg te voorkomen en duurzame gedragsverandering te realiseren.
Een andere kijk op ontregelend gedrag
“Als er fysieke of emotionele klappen vallen, zie je vaak dat zorgverleners uit elkaar worden gedreven. Niet alleen met de cliënt, maar ook met elkaar”, vertelt Gerben. “Begeleiders en orthopedagogen begrijpen elkaar niet meer. Er ontstaan diskwalificerende gedachten over elkaar, en over de cliënt. Terwijl juist die verbinding zo belangrijk is. En die stress is vaak voelbaar in teams. Je raakt geïrriteerd, en de cliënt voelt dat feilloos aan. De kunst is dan om te blijven vergeven wat iemand doet. En dat begint bij echt begrijpen wie die persoon is”, vertelt Gerben.
“Het is belangrijk om het gedrag te plaatsen in de context van iemands levensverhaal en welke behoeften daaruit zijn ontstaan. Als je weet hoe dat in elkaar steekt, dan snap je ineens beter het gedrag van de cliënt. Zeker als er sprake is van trauma – dat kan jaren later nog invloed hebben op gedrag. Vervolgens ga je kijken welke handhavingsstrategieën daarbij passen, zodat er een grotere kans ontstaat dat het uitvoeren van de zorg wél lukt.”
Na jaren werken in allerlei instellingen merkte Gerben iets op: “Overal waar ik kwam, liep het op een vergelijkbare manier vast. Maar het kwam ook vaak op eenzelfde manier weer los. Dan zie je patronen ontstaan. Mechanismen die ons vasthouden, en ook weer helpen bewegen. Dat inzicht heb ik geprobeerd te vangen in een praktische aanpak.”
Een raamwerk om onvrijwillige zorg af te bouwen
In zijn boek De Nooduitgang beschrijft Gerben hoe zorgteams ontregelend gedrag bij bewoners en cliënten kunnen voorkomen of stap voor stap kunnen afbouwen. “Het doel is om onvrijwillige zorg terug te dringen. Zodat er weer balans ontstaat, voor de persoon in kwestie én de omgeving.”
Om dat mogelijk te maken, ontwikkelde hij een praktisch raamwerk waarin de werkprocessen van zorgteams eenvoudig kunnen worden ingepast. Dit model biedt structuur én houvast, en bestaat uit drie duidelijke fases:
“In fase 1 is alles vastgelopen. Iedereen is teleurgesteld: de cliënt, het team, de familie. Dan moet je beginnen met erkennen wat er gebeurt. Zonder oordeel. En je moet ontschuldigen. Zeggen: dit is niet jouw fout. Niet van de cliënt, en niet van jezelf. Pas dan kun je de situatie echt helder zien.
Fase 2 is het moment waarop je hoop moet genereren. Je zoekt naar een draadje waaraan je iets kunt ophangen. Maar dat is spannend. Want als er toch iets mogelijk blijkt, dan voel je ook als zorgverlener: ‘Heb ik dan iets gemist?’ Dat kan confronterend zijn. Soms wil je dan liever horen: ‘Je had gelijk, er viel niets meer aan te doen.’ Maar juist in deze fase wordt echt gekeken waar het gedrag van de cliënt of bewoner vandaan komt en ruimte gemaakt voor nieuwe mogelijkheden. Daarnaast zet ik in deze fase de camera op elke zorgverlener die bij de zorg betrokken is. Waarom lukt het de één wel om contact te maken met de cliënt en iets in beweging te brengen, en de ander niet? Als je in deze fase namelijk niet alle partijen betrekt, loop je daar later tegenaan in het proces.
Fase 3 is de fase van verandering. Deze fase gaat eigenlijk vanzelf. Dit komt omdat men altijd streeft om het goede te doen. Maar in de deceptiefase – die eerste fase – zitten we vaak nog in strijd. We mystificeren het probleem, of we demoniseren de cliënt. Want dan hoeven we niet naar onszelf te kijken. Maar als dat loskomt, kunnen we echt in beweging komen.”
Gerben merkt op dat de urgentie voelbaar is. “De vragen in de langdurige zorg worden steeds complexer, vooral in de ouderenzorg. En ondertussen wordt het personeel schaarser. Juist daarom is het essentieel om je systemen zo in te richten dat je bewoners of cliënten echt leert doorgronden – en ze zo goed mogelijk kunt ondersteunen.”
Cursus voorkomen en verminderen van onvrijwillige zorg
Tijdens de cursus voorkomen en verminderen van onvrijwillige zorg leer je hoe je de oorzaken van ontregelend gedrag bij bewoners en cliënten kunt herkennen, begrijpen én beïnvloeden. Gerben gaat onder andere dieper in op bovenstaand raamwerk.
De cursus is gericht op de dagelijkse praktijk: je werkt met eigen casussen en past de methode daar direct op toe. Zo ga je naar huis met concrete handvatten waar je meteen mee aan de slag kunt.
De cursus bestaat uit twee interactieve dagen. Schrijf je hier in voor de najaarseditie.